
- Euro: hoeveel kost, per jaar, jouw energie- en waterverbruik bij elkaar opgeteld.
- kWh: de hoeveelheid energie die je verbruikt per jaar.
- Liter: het aantal liter water dat je per jaar verbruikt.
Wat is kWh?
kWh staat voor kiloWatthour. ‘Hour’ is Engels voor ‘uur’. In het Nederlands hebben we het dus over: kilowattuur. Het woord ‘kilo’ staat voor duizend. Denk aan:
- Afstand: een kilometer is 1.000 meter.
- Gewicht: een kilo is 1.000 gram.
- Digitale informatie: een kilobyte is 1.000 bytes.
- Geld: (populair taalgebruik) een product kost 1K(ilo), het kost 1.000 (euro)
- Energie: een kilowatt is: 1.000 watt.
Een kWh betekent: het verbruik van duizend watt gedurende één uur.
Wat is watt?
Met watt geven we aan wat het vermogen van een apparaat is. Bij elektrische apparaten geeft vermogen aan hoeveel elektrische energie (stroom) een apparaat per seconde verbruikt. Hoe lager het vermogen (minder watt) des te minder stroom (elektrische energie) het apparaat nodig heeft. En minder = goedkoper!
<<Opzet idee interactieve animatie over ‘stromen’ van stroom: vanaf een meter(kast) lopen leidingen naar stopcontacten van:
- lamp [4W]
- televisie [100W]
- spelcomputer[200W]
- oven [2.000W]
In de meterkast staat een meter die het totale verbruik in kWh weergeeft. De animatie van stroom naar elk stopcontact toe is gelijk. Na het aanzetten van een apparaat wijzigt de animatie van het stopcontact naar het apparaat. Naar het ledlampje een ‘trage stroom’, naar de andere apparaten steeds sneller, tot de ‘snelweg’ naar de oven. De gebruiker bepaalt zelf welk apparaat hij aanzet. Bij elk apparaat staat het (vaste) vermogen in watt. Naast elk apparaat twee meters die aangeven:
- Hoeveel energie dát apparaat in totaal verbruikt – dat getal loopt op vanaf nul vanaf het moment dat het apparaat wordt aangezet.
- Het huidig vermogen (vast getal overeenkomstig met het vermogen van het apparaat).
- De kosten in Euro.
Afhankelijk van het aangezette apparaat loopt de meter in de meterkast sneller of langzamer…>>
Zodra je een apparaat aanzet, begint de stroom te …uh… stromen. Een meter in de meterkast houdt precies bij hoeveel elektrische energie alle apparaten in jouw huis verbruiken. Bij elkaar opgeteld, hebben die apparaten aardig wat energie nodig. Moderne meters houden twee dingen bij:
- Hoeveel vermogen je huis op dit moment gebruikt, in watt.
- Hoeveel elektrische energie je in totaal hebt verbruikt in kWh: een combinatie van het vermogen en hoe lang je dat vermogen gebruikt.
<<Voorbeeldblokje>>
NB: bij snelheid (hoe hard rijden we) en afstand (hoe ver is de volgende plaats) gebruiken we kilometers. Het is ondoenlijk om de afstand tussen Leeuwarden en Amsterdam uit te drukken in centimeters. Het kan wel: 13.600.000 cm. Maar makkelijker is: 136 km.
Voor watt geldt hetzelfde: een verbruik van 100 watt, gedurende een uur, is nog wel te doen. Dat is 100 watt-uur. Maar over een heel jaar wordt dat: 365 (aantal dagen) x 24 (uur) x 100 (watt) = 876.000 watt-uur. Makkelijker: 876 kWh.
<<eind>>
Over liters
Je staat onder de douche, dus waar komen die liters vandaan? Van boven (want je staat eronder 🙂 Omdat het douchewater meteen wegstroomt, heb je er geen erg in hoeveel water je eigenlijk over je heenkrijgt. Bij een standaarddouchekop is dat (gemiddeld) 9 liter per minuut! Sta je vijf minuten onder de douche, dan was je je schoon met 45 liter water. Bij vier keer douchen in de week verbruik je 180 liter. Vermenigvuldig dat met 52 (weken) en dan verbruik je, in je eentje, 2.340 liter water per jaar.